Sinds 1980 staat Workum in het eerste weekend van de herfstvakantie in het teken van het Internationaal Shantyfestival. Het festival gaat vooraf aan de beroemde Strontrace, waar skûtsjes en tjalken geheel onder zeil van Workum naar Warmond varen. Het festival is opgezet en wordt gerund door folkartiesten, in tegenstelling tot de tegenwoordig zo populaire shantykoren.
De uitgenodigde artiesten zijn niet alleen hele goede muzikanten, maar vooral ook experts en onderzoekers. Zingen in je moers taal staat voorop. Het festival is al jarenlang trendzettend in Europa en geniet een enorme internationale reputatie.
Dit artikel is een verslag van de editie 2004 dat plaatsvond van 11 tot 13 oktober. Het is geschreven op verzoek van de organisatie voor de donateursnieuwsbrief. Na een inleiding begint het artikel met het concert op de zaterdagavond. Vervolgens kunt u achtereenvolgens lezen over het Liereliet, het koffieconcert, de lezing over Cicely Fox Smith, de activiteiten op zondagmiddag en -avond. De start van de race markeert het einde van het festival en ook van dit artikel.
Veel publiek, goede muziek en opperbeste sfeer in Workum
Shantyfestival 2004 was een topper
Tijdens het eerste weekend van de herfstvakantie in het Noorden is het ook in 2004 weer een drukte van belang op het Internationaal Shantyfestival Workum. Bezoekers uit alle uithoeken van Europa, maar ook veel Workummers, alsgold voor d de schepen in de havent memorabele Leave her Johnny, Leave Her.\ligers, zingen de artiesten onder de naam Hand o verzamelen zich rond de concerten van de Engelse shantylegenden Johnnie Collins en Jim Mageean; het zingende echtpaar Danny en Joyce Mcleod uit Newcastle; Nanne Kalma en Ankie van der Meer uit Nederland en Serre l' Ecoute uit Québec, Canada. Zoals gebruikelijk zingt het publiek luidkeels mee bij de voorstellingen. Maar ook bij de andere activiteiten is het gezellig druk en heerst er een feeststemming. Dat geldt voor zowel het Liereliet als het Open Podium, de muziek rond de schepen in de haven als het afsluitende concert van de Foo Foo Band en Dutch Courage.
Het is koud op zaterdagavond 16 oktober, als zich rond zevenen al een grote schare belangstellenden meldt voor zowel de Doopsgezinde als de Gereformeerde Kerk in de Hoofdstraat van Workum. Om een goed plekje te krijgen bij het traditionele openingsconcert moet je er vroeg bij zijn, zo weten de vaste bezoekers. Er is echter voldoende plek nu het concert net als vorig jaar op twee locaties tegelijk plaatsvindt. Na 'Volendam' mag de oude houten Doopsgezinde Kerk niet meer volgepakt worden. Volgens een ingenieus plan spinnen artiesten en publiek nu zodanig om elkaar heen, dat alle 450 bezoekers aan het eind van de avond in beide locaties zijn geweest en hetzelfde programma hebben gezien.
Vaste bakens van het festival zijn al 25 jaar Johnny Collins en Jim Mageean. Ook nu krijgen ze het publiek in vervoering met hun krachtige en aanstekelijke zang in prachtige tweestemmigheid. Het duo presenteert een uitgebalanceerd repertoire, waarbij ze bekende shanties afwisselen met nieuwe, en ook een lange ballade niet uit de weg gaan. De heren geven voor de 25 ste keer acte de présence in Workum.
De tweede hoofdact van dit jaar is een positieve verrassing. Vader Robert Bouthillier vormt met dochter Gabrielle Bouthillier en violiste Liette Remon sinds 1998 de groep Serre l'Écoute. Ze zingen traditioneel repertoire dat Robert Bouthillier als wetenschappelijk onderzoeker in Québec, Canada, verzamelde in dorpen langs de St.Lawrence rivier. De enorme energie en vrolijkheid waarmee het trio hun liederen brengt, slaat meteen aan bij het publiek. Geholpen door de teksten die zoals gebruikelijk geprojecteerd worden, zingt het publiek de Franse refreinen en vraag-en-antwoord-liederen luidkeels mee. Het is echter muisstil van ontroering als Gabrielle een ballade ten gehore brengt. De drie muzikanten zingen de pakkende ritmes vol emotie en overtuiging, en met schitterende stemmen die goed bij elkaar passen. Ze begeleiden zichzelf regelmatig met het traditionele voetenwerk uit Québec. Het ingetogen vioolspel van de bescheiden Liette Remon is virtuoos. Zij komt dan ook uit een familie die al generaties lang in Québec de traditionele liederen en dansen op viool begeleid. Onmiskenbaar zijn de Bretonse invloeden in de muziek van Serre l'Ecoute. Het is dan ook geen toeval dat Robbert 17 jaar geleden Québec verruilde voor Rennes, om daar door te gaan met zijn wetenschappelijk zoekwerk naar verloren en nog steeds bestaande tradities en muziek. De dames wonen nog steeds in Québec. Des te opmerkelijker dat de groep enorm ingespeeld klinkt.
Naast deze beide hoofdacts is een meer bescheiden rol weggelegd voor twee duo's. Danny en Joyce Macleod zingen in de Doopsgezinde kerk enkele shanties en liederen van dichteres en matroos op de grote vaart, Cicely Fox Smith. Het is een voorproefje van de lezing over het werk van deze dame op zondagmiddag. Danny en Joyce zijn geliefde vertolkers van shanties en ballades. Ze komen al veertien jaar als bezoeker naar Workum, maar dit is hun eerste officiële optreden. Ze kiezen voor rustige en wat zachtere liederen, die mooi contrasteren met Johnny en Jim. De uitgekiende harmonieën laten hun beider stemmen prachtig uitkomen.
Het tweede duo bestaat uit Ankie van der Meer en Nanne Kalma. Beiden zijn sinds het begin betrokken bij het festival. Deze keer spelen ze, gedegen en met humor, liedjes uit programma's van vorige jaren. Uiteraard ontbreekt een smartlap niet.
De finale van de avond vindt plaats in de Gereformeerde Kerk. Het publiek uit de Doopsgezinde Kerk steekt gedisciplineerd de straat over en vult de laatste plaatsen bij de 'concurrentie'. Vlak voor de finale, krijgen Johnny en Jim voor hun jubileum uit handen van de ceremoniemeesters, een cd met radio-opnames van hun concert uit 1982 en een dvd met Stan Hugill. Na het korte ceremonieel en een dankwoord voor alle vrijwilligers, zingen de artiesten onder de naam Hand over Hand om beurten hun afscheidslied. Uiteraard eindigen Johnny en Jim met het memorabele Leave Her Johnny, Leave Her. Dan is het al half twaalf geweest.
Liereliet
In de Klameare staan dan ongeveer 150 stoelen in cirkels om elkaar heen. Ongeduldig wachten ze op de zangers en zangeressen, die samen het Liereliet evenement vormen. Ook deze singaround kent een zilveren jubileum. Het vormde toentertijd de basis voor het festival, dat in zijn huidige vorm in 1988 van start ging.
Rond twaalven beginnen ongeveer vijftig mensen om beurten een refreinlied te zingen. Al gauw zijn alle stoelen bezet en staan de mensen langs de muur. Jarenlang vormde de Liereliet optreedgroep, samen met de buitenlandse gasten, de basis van de singaround. Daarbij kregen ook mensen uit het publiek de gelegenheid een lied te zingen.
Het evenement heeft aan reputatie gewonnen en het is niet nodig om de zaak aan te zwengelen en aan de gang te houden. Uiterst gedisciplineerd en met respect voor elkaars zangkunsten wordt om beurten een lied ingezet. De kwaliteit van de singaround is deze keer erg hoog, zowel op muzikaal vlak als qua sfeer. Behalve de bekende traditionele shanties zijn ook veel nieuw geschreven liederen te horen. Luidruchtige samenzangen wisselen af met intieme liedjes. De vele muziekgroepen die elders tijdens het festival spelen, hebben zich duidelijk voorgenomen om zich hier in de kijker te zingen. Vooral de Scric der See zorgt voor hilariteit met een vrije vertaling van Chicken On A Raft, maar dwingt ook bewondering af met een prachtballade over het verloop van de Strontrace van vorig jaar. De singaround gaat door tot een uur of half drie 's nachts.
Koffieconcert
Met kleine oogjes en pijnlijke kelen van de voorbije avond en nacht, zitten de artiesten op zondagmorgen in de Klameare aan de koffie als het overwegend frisse publiek om half elf alweer binnenstroomt. De zondagmorgen is erg populair. Bijna driehonderd mensen zingen uit volle borst met de artiesten mee. Het koffieconcert doet qua sfeer en participatie niet onder voor de zaterdagavondconcerten. Tegenover de harde kerkbanken van de zaterdag, staan de zachte stoelen op zondag; tegenover het gevecht om een kop koffie, staat een goed verzorgde bar; tegenover die enkele toilet bij de kerk, staan ruime en keurige voorzieningen. Bovendien is de Klameare een prachtig aangeklede ruimte geworden. Samen met het feit dat de zaterdagavond een populaire avond is voor feestjes en op zondag de kinderen mee kunnen, zijn deze randvoorwaarden ongetwijfeld mede verantwoordelijk voor de grote toeloop.
Hoe het ook zij; de Klameare zit deze zondagmorgen vol en voor de artiesten is het fantastisch om wederom een enorm enthousiast publiek tegenover zich te hebben.
Lezing over Cicely Fox Smith
(1882-1954; dichteres, matroos en liedjesverzamelaar)
Ver voordat Stan Hugill zijn verzameling shanties in 1961 te boek stelde, was er een Engelse dame, Cicely Fox Smith, die al in het begin van de twintigste eeuw verscheidene boeken met shanties publiceerde. Sterker nog: deze boeken waren een belangrijke bron voor Stan Hugill. En net als Stan Hugill was mevrouw Smith veel op de grote zeilende koopvaardijschepen te vinden, zij het niet als shantyman . Behalve dat ze shanties optekende schreef ze ook zelf. In haar vele gedichten blinkt ze uit in precisie en detail als ze de schepen en het werk erop beschrijft. Daarnaast is haar dichtwerk over de zee enorm poëtisch.
Allemaal redenen voor Danny en Joyce Mcleod om zich de afgelopen jaren te verdiepen in deze dame en veel van haar gedichten op muziek te zetten. Met behulp van een gedegen powerpoint presentatie geven beiden op zondagmiddag een lezing over deze Cicely Fox Smith. Zo'n 70 mensen verkiezen de Klameare boven het gewoel in de haven, om naar het duo uit Newcastle te luisteren. Na een komische act rond lessenaar, microfoon en schemerlamp, met de eigenares van de Klameare in de hoofdrol, begint de serieuze lezing. Het hele leven van de dame komt voorbij. Waar ze geboren werd, in welk milieu, naar welke school ze ging, dat ze naar Canada ging, geen kinderen had; noem maar op. Elke tien minuten zingen Danny en Joyce een paar liedjes van Cicely. Voor de liefhebbers is deze middag uitermate interessant en boeiend.
In de haven
Zondag is de dag voor de Strontrace en dat betekent dat alle schepen in de haven liggen en de bemanningen druk bezig zijn met de voorbereidingen van de reis heen en weer Warmond. Er valt dus veel te zien en te genieten. Geen wonder dat er honderden dagjesmensen op af komen, waaronder veel bezoekers aan het Shantyfestival. Er is op de kade een 'historische' markt rond de traditionele haringrokers, uitgehangen visnetten en vele uitgestalde scheepsattributen, zoals die eens elke haven aan de Zuiderzee sierden. Je kunt er vandaag over de koppen lopen, zo druk is het. En in die mensenmassa scharrelen in 17 e eeuwse outfit de theatrale muzikanten van de Scric der See rond. Ze vermaken zichzelf en het publiek uitermate goed en gaan uren en uren door met hun zang, dans en jolijt. De concurrentie bestaat uit de zangers en zangeressen van Scheepsvolk. Deze groep is evenzeer bont uitgedost en legt zich meer toe op het spelen van bestaande liedjes.
Open Podium
Zoals de traditie voorschrijft, is het Open Podium, in het prachtige decor van scheepstimmerwerf De Hoop, ook dit keer uitverkocht. Onder leiding van 'de rederij' Overtuygt zweten ervaren en minder ervaren zangers en zangeressen zich door hun repertoire voor een enthousiaste menigte.
Kisten en Koffers
De zondagavond is de laatste jaren meestal gevuld met muziektheater. Vorig jaar was er bijvoorbeeld het zeer geslaagde en imponerende spektakel Het Zilver van de Zee. Dit jaar is er weliswaar een thema op deze avond in de Klameare geplakt, maar van theater is geen sprake. Het is een avond vol Nederlandstalige liedjes van de zee. De groepen Foo Foo Band en Dutch Courage tekenen voor de invulling ervan.
Het hele programma wordt twee keer gespeeld. Om zeven uur zijn er niet veel mensen in de zaal. De restaurants in de omgeving van de Klameare zitten daarentegen vol. Om negen uur is de zaal lekker gevuld en hangt er daardoor ook meer sfeer. De voorstelling begint met een lied door Ankie en Nanne, waarin ze zeven versies van het Meisje Loos laten horen. Zo introduceren ze het thema van de avond: "Zij brengt haar kist en koffer aan boord". De Foo Foo Band is vervolgens aan de beurt. De uiterst getalenteerde en zeer ervaren folkmuziekanten brengen een heerlijke mix van luisterliedjes en meezingers; van ballades tot shanties. Het kwartet Dutch Courage, dat na de pauze speelt, brengen liedjes die kortgeleden uit verschillende archieven opgeduikeld zijn. In samenwerking met de Enkhuizer Almanak zijn deze op cd uitgebracht.
En Nou Oprotten
Eigenlijk is het festival met de laatste concerten op de zondagavond afgelopen. Officieel hoort echter ook de maandag, als de Strontrace van start gaat, erbij. Maar alles draait deze dag terecht om de schepen in de haven. Samen met de burgemeester en andere hoogwaardigheidsbekleders, lopen de vertegenwoordigers van het festival met een hapje en een drankje receptie over Scheepstimmerwerf De Hoop. Daar is 's ochtend de tewaterlating van de blazeraak "De stad Workum". Tweede Kamerlid Eddy van Hijum doopt vervolgens het geheel gerestaureerde schip, de WK1.
De muziek, waar het shantyfestival natuurlijk om draait, is te vinden op de markt. De Scric der See waart er wederom rond. Ondanks het druilerige weer hebben ze veel bekijks.
De start van de Strontrace is op de sluis. Reid houdt een korte toespraak waarna hij de schippers op pad stuurt met zijn credo: En Nou Oprotten. Van Hijum lost vervolgens een schot. Terwijl het publiek de skûtsjes It Soal uittrekken, zingt Serre l'Ecoute een laatste lied. In de vissersschuit van Karel Helder varen de buitenlandse gasten mee naar de vuurtoren van Reid. In de haven weet de Scric der See van geen ophouden en als de schepen allang het ruime sop gekozen hebben, maakt de Scric nog steeds haar rondedansjes. Als ook het geklepper van hún klompen verstomt, is het festival echt afgelopen.