Step

han Kraan©
klik hier en voeg deze site bij uw favorieten
home

Curriculum Vitae
Biografie
Producten
_________

Weblog
Genre
Onderwerp
_________

Links
Contact
Fotogalerij

 

 

 

 

 

 

 

 

 

naar boven

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

naar boven

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

naar boven

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

naar boven

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

naar boven

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

naar boven

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

naar boven

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

naar boven

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

naar boven

sp;

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

naar boven

 

 

 

 

 

 

 

naar boven

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

naar boven

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

naar boven

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

naar boven

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

naar boven

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

naar boven

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

naar boven

sp;

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

naar boven

 


Dit werkstuk is in maart 2003 geschreven voor het vak Geschiedenis. Twee favoriete folkgroepen van Stephan Kraan komen uit Scandinavië, Hedningarna uit Noorwegen en Värttina uit Finland. Beiden zingen veel in de bijna utgestorven Karelische taal. Reden voor Stephan Kraan om een diepgaand onderzoek te doen, dat uitmondde in een geschiedenis van het nationalisme in Finand. Het is een uitgebreid verhaal. Via de inhoudsopgave kunt u klikken naar de verschillende hoofdstukken en waar u ook bent in de tekst u kunt altijd terug naar het begin.

Karelië de bakermat van Finland


Inhoudsopgave

1 Inleiding

2 De geschiedenis van Karelië en Finland

3 Culturele geschiedschrijving

4 Zweedstaligen en Finstaligen

5 De Kalevala

6 Het Karelianisme en de nationale romantiek

7 Jean Sibelius 1865-1957

8 Akseli Gallén-Kallela - Axel Gallén 1865 -1931

9 Conclusies

10 Nawoord


Akseli Gallen-Kallela: Lemminkäinen's Mother


1 Inleiding

Karelië is nu niet bepaald het eerste gebied in Europa dat een gemiddelde student Journalistiek te binnen schiet bij de vraag om een werkstuk te schrijven over nationalisme. Toch trekt dit gebied tussen Finland en Rusland mij al enige tijd, vanwege mijn interesse in volksmuziek.
In 1994 raakte ik intens geboeid door de intrigerende zang van de bekende Scandinavische folkrockgroep Hedningarna. Ook de Finse folkgroep Värttinä, die in nauw contact met Hedningarna staat, bracht onwaarschijnlijk mooie melodieën en nooit eerder gehoorde harmonieën voort. De groepen zingen in een hele oude taal en op een heel eigenaardige wijze, het zogenaamde Runo-zingen. Dat komt nog slechts voor in een klein deel van het oude Karelië. Hedningarna bracht in 1999 de cd Karelië Visa uit nadat ze op strooptocht naar de taal, de muziek en de oude liederen door het gebied gereisd hadden.

Karelië kwam afgelopen jaar opnieuw op mijn pad, toen ik een documentaire zag over de verfilming van De Ban Van De Ring van Tolkien. Hierin vertelde Tolkien dat de oude Finse legendes van de Kalevala , hem hadden geïnspireerd bij het creëren van de wereld van Midden-Aarde. Hij ontleende de Elfentaal aan de Finse dialecten van Karelië. Hij voelde zich enorm aangesproken door deze mistige, mystieke Scandinavische oudheid. Hij leerde zowel het oud-Fins als het nieuwe Fins, zodat hij het epos de Kalevala in zijn originele uitgave kon lezen. De Ban Van De Ring heeft dan ook veel overeenkomsten met de legendes uit de Kalevala .
Kortom de opdracht voor dit werkstuk moest wat mij betreft over dit onderwerp gaan. Ik wist echter totaal niet wat me te wachten stond toen ik op zoek ging naar informatie. Voor mij leesbare boeken bleken er nauwelijks te bestaan. De enige deskundige in Nederland is Adriaan van der Hoeven docent Fins aan de Rijks Universiteit Groningen. Hij heeft veel over de geschiedenis van Finland en Karelië vertaald en geeft lezingen. Hij publiceerde veel van zijn vertalingen en analyses op Internet. Zijn geschriften waren voor mij een welkome bron naast de vele Engelstalige versies van Finse en Russische sites.

Naarmate ik meer las en steeds nieuwe informatie vond, steeg mijn verbazing en enthousiasme over het bijzondere en interessante verhaal achter Karelië en Finland. Maar het was ingewikkelder dan ik ooit kon vermoeden. Wat mij boeide was vooral de invloed van de legendes, sagen en oude liederen op het eenheidsgevoel van de Finnen. Ik overschatte in mijn enthousiasme, de bijdrage ervan in het nationalisme dat nodig was om de onafhankelijke staat Finland in 1917 op te richten. Ik keek met al net zo'n romantische bril naar de Finse mythologie als de romantisch-nationalistische kunstenaars en hun publiek. Ik kwam er niet onderuit de gehele geschiedenis van het land te verkennen, om zodoende de invloed van de volkspoëzie en deze kunstenaars in het juiste perspectief te plaatsen.

Ik kwam er bij mijn research achter dat Karelië en Finland niet los van elkaar te zien zijn. Hun verleden grijpt continue in elkaar. Ik zal daarom eerst iets vertellen over de ligging en geschiedenis van Finland en Karelië. Dan over het bestaan van twee Finse epische volksverhalen die beiden een rol spelen in het Zweedstalige en Finstalige conflict. Vervolgens beschrijf ik het ontstaan van één ervan: het Kareliaanse meesterwerk de Kalevala . Dan volgen twee portretten van beroemde Finse kunstenaars, de componist Sibelius en de schilder Gallén en welke invloed de Kalevala had op hun werk en daarmee op het ontstaan van een Fins nationaal zelfbewustzijn. In het hoofdstuk nationalisme probeer ik de geschiedenis en de beide volksverhalen te benaderen vanuit de theorie van Gellner en White.

Stephan Kraan


2 De geschiedenis van Karelië en Finland

Karelië is het uitgestrekte gebied tussen de Finse Golf en de Witte Zee, in een breedte van ongeveer vierhonderd kilometer. Het grootste deel ligt tegenwoordig in Rusland, maar een klein deel ligt in het zuidoosten van Finland en een stuk in Estland. Er is al eeuwen sprake van een Fins-Karelië en een Russisch-Karelië. In Rusland heet het gebied tegenwoordig de Federatieve Republiek Karelië. De naam Karelië betekent zoveel als 'plaats voor het vee', waarmee meteen aangegeven is waar de bevolking zich vroeger mee bezig hield.

De eerste permanente bewoning van dit gebied stamt uit de achtste eeuw. Er ontstaan de stammenstaatjes Suomi, Tavastenland en Karelië. Er is echter geen sprake van een staat zoals wij die kennen. Het is een relatief onafhankelijke en onhomogene organisatie van stammen. In deze tijd strekt het gebied in het zuiden, van de zuidoost hoek van het tegenwoordige Finland tot het oosten van Karelische landengte en in het noorden van de noordpunt van het Ladogameer tot het Onegameer en de kust van de Witte zee. Deze periode van eenheid en grote voorspoed is wel aangeduid als de Gouden Eeuw van Karelië.

De naam Karelië is als eerste zo genoemd in een Russisch geschrift uit 1143. Even later in 1227 wordt het gebied gekerstend en Orthodox Christelijk. Er is dan nog sprake van een eenheid maar de eerste bezetting door vreemde machten stamt al van 1278. De Russische stadsstaat Novogrod neemt de macht over. Novogrod vormt in zekere zin de basis voor het huidige Rusland.

Niet veel later neemt het Rooms-katholieke Zweden de macht over. Karelië wordt daarmee een oorlogsgebied tussen Westerse en Oosterse christelijke godsdiensten. In 1323 verdelen de strijdende buren Zweden en Novogrod het gebied voor de eerste keer. In minstens 40 oorlogen verandert Karelië nog negen keer van eigenaar en altijd blijft het gebied verdeeld. Het grootste deel blijft echter vanaf 1448 onder Russische hegemonie.

De Zweden houden vrijwel steeds het gebied van het hedendaagse Finland in bezit. In 1617 komt het tot een bijna hereniging als Zweden zowel Fins als Russisch Karelië en Ingernland verwerft. Zweden stelt zich niet op als bezettingsmacht maar behandelt het gebied als één van haar provincies. Finland is nu een Zweeds grootvorstendom. De nieuwe machthebbers beginnen vanaf de zeventiende eeuw onder invloed van de Reformatie, stelselmatig alles wat aan het oude heidense Karelië herinnert, te vernietigen. Het Lutherse geloof vervangt het Rooms-katholieke. Alleen in de Russische gebiedsdelen handhaaft zich het Orthodoxe geloof. Het gebied blijft het toneel van veldslagen tussen de Zweden, Denen en de Russen. In de Grote Noordse Oorlog (1700-1721) decimeert oorlog, pest en honger de bevolking.

In 1710 besluit Tsaar Peter de Grote van Rusland om Finland te veroveren. Hij wil toegang krijgen tot de Baltische zee. Dat lukt en in 1721 bezet Rusland het grootste deel van Karelië. In de rest van Finland blijven de partijen elkaar betwisten. Toch herstelt het gebied zich enigszins en kan moderniseren. Arbeiders uit andere delen van Rusland gaan hier werken en de welvaart stijgt.

Het Fins nationalisme ontstaat en krijgt steeds meer vorm. Aan het eind van de 18 e eeuw begint op de universiteit van Turku een groep studenten zich te verdiepen in de Europese romantiek. Zij leren dat het publiceren en verzamelen van volkscultuur in de eigen taal belangrijk is bij het ontwikkelen van een cultuur.

Na een nieuwe oorlog tussen Zweden en Rusland komt heel Finland in 1809 in handen van de Russische Tsaren. Die 'formaliseren' het tot grootvorstendom. Tsaar Alexander I roept een Finse landdag bijeen en belooft de godsdienst, de eigen wetten en rechten te eerbiedigen. In 1811 voegt hij Karelië bij het grootvorstendom. Het gebied ligt strategisch tussen de kemphanen Zweden en Rusland in. Beiden hebben belang bij vrede in de regio. Deze positie geeft aan de Finnen nog meer voeding aan het gevoel een aparte natie te zijn.

Tijdens al die wisselende machthebbers is de Finse taal vrijwel nooit als officiële taal erkend. Dat zijn het Latijn en Zweeds. In die talen wordt onderwezen, zijn wetteksten geschreven en wordt in de Lutherse Kerk gesproken. Ook Duits is een belangrijke taal. Het gewone volk spreekt echter Fins. In 1860 krijgt Finland een eigen munt en in 1863 erkent Rusland in de rechtspraak naast het Zweeds ook het Fins als officiële taal. Ook roept de Tsaar de tweede Finse landdag bijeen. Dat zal voortaan tot 1899 elke vijf jaar het geval zijn.

De eerder genoemde overheersing van het Zweeds over het Fins zorgt in de tweede helft van de 18 e eeuw voor een onverwachte escalatie. Aanvankelijk zijn het de Zweedstalige Finnen die zich voor de Finse taal inzetten. Al gauw slaat dit om in angst als het Fins meer en meer ook in hogere kringen van de bevolking gesproken wordt. De Zweedstaligen zijn zich steeds meer bewust dat ze een minderheid vormen. Er komt een beweging op gang die zich verzet tegen het Fins. Ze zoekt haar toevlucht tot de schimmige rassenleer van de Fransman Gobineau (1853-1855). De Zweedstaligen behoren, volgens hun eigen interpretatie van deze leer, tot het superieure Arische ras en de Finstalige Finnen zijn slechts "Mongolen". Dit beeld wordt bevestigd doordat de Zweedstaligen werkelijk geloven dat de geconstrueerde geschiedenis van Runeberg (zie verderop) de werkelijkheid is geweest. Logisch dat veel gefrustreerde en beledigde Finstaligen zich fel tegen deze Zweedstaligen afzetten. Na 1900 speelt deze tegenstelling trouwens een minder grote rol.

Vanaf 1863 laten de Russen hun invloed in het grootvorstendom steeds meer gelden. Deze Russificatie leidt er uiteindelijk toe dat er rond de eeuwwisseling weinig meer over is van de Finse onafhankelijkheid zoals Alexander I had beloofd. In 1899 verliest de Finse landdag haar rechten en in 1901 wordt het Finse leger afgeschaft en Russisch de officiële taal. De Russische nederlaag tegen Japan in 1905 en de binnenlandse onrust die daarop volgt, leiden ook tot hervormingen in Finland. Er komt een democratische Rijksdag en vrouwen krijgen als eerste in Europa politieke rechten. Maar de Russen blijven zich gedragen als bezettingsmacht.

Tegenover die nationalisten ontwikkelt zich de arbeidersklasse als gevolg van de industrialisatie aan het eind van de 19 e eeuw. De agrarische feodale maatschappij maakt plaats voor een gedemocratiseerde, geïndustrialiseerde klassenmaatschappij. In 1899 wordt de Finse arbeiderspartij opgericht die de leer van het socialisme en de arbeidersklasse introduceert. De internationale aspecten van deze leer botsen met de gevoelens van de nationalisten.

Na de oktoberrevolutie van 1917 in Rusland kondigen rechtse nationalisten, met steun van Duitsland en Zweden de volledige Finse onafhankelijkheid af, op 31 december 1917 is dit een feit. Karelië blijft definitief voor het grootste deel Russisch. In 1918 volgt in Finland een enorme burgeroorlog tussen nationalisten en socialisten. Het kost aan tienduizenden het leven. De nationalisten winnen en de socialisten vluchten voor een groot deel naar Russisch-Karelië. In Finland volgen verkiezingen, die leiden tot een republikeinse meerderheid en in 1920 tot vrede met Rusland.

Deze Vrede van Tartu bepaalt de grens tussen de nieuwe onafhankelijke staat Finland en de Sovjetunie. Het is gelijk aan het voormalige grootvorstendom Finland (1809 -1917) met gebiedsuitbreidingen in het noorden en aan de kust van de Barenszee. Karelië blijft echter voor het overgrote deel Russisch. Het verdrag van Parijs in 1947 bepaalt definitief de huidige grens.

In Karelië organiseren de Finse socialisten en communisten zich in een Karelische Werk Commune met Fins als voertaal. In 1923 erkent Rusland het gebied als de 'autonome' Republiek Karelië waarin rond 1930 de Finnen domineren. In 1935 heeft Stalin er genoeg van en begint de Finse leiders met geweld te verwijderen. In 1938 zijn alle Finnen uit de besturen en is het Latijnse schrift vervangen door het Cyrillisch.

De Tweede Wereldoorlog heeft ook Finland en Karelië niet overgeslagen. Rusland begint in november 1939 met een aanval op Finland en vernietigt alle Kareliaanse geschriften in Fins-Karelië. Vier maanden later, bij de Vrede van Moskou, komen grote delen van Finland bij Rusland. Finland kiest, in een poging de onafhankelijkheid weer te versterken, voor een bondgenootschap met fascistisch Duitsland. In juni 1941 valt Finland, met hulp van Duitsland, Rusland aan met de bedoeling Karelië te heroveren. Dat lukt en Karelië wordt weer Fins. In 1944 slaan de Russen met succes terug. De vluchtende Duitsers passen de tactiek van de verschroeide aarde toe. Finland is een verslagen land met een geplunderde industrie. Daarnaast moet het herstelbetalingen aan Rusland gaan betalen. De Russen bezetten definitief het overgrote deel van Karelië.

De Finse taal blijft de officiële taal van Russisch-Karelië tot 1956. Daarna drukt de Sovjet-Unie, net als een halve eeuw eerder, een Russisch stempel op het gebied. Steeds meer Russen maken deel uit van de samenleving en assimileren met de Finnen. Na de val van het IJzeren Gordijn, ontstaat er toch weer een groep die zich inzet voor Karelië. Sinds 1991 is de Kareliaanse taal gelijkgesteld aan de Russische. Het zijn echter hoofdzakelijk mensen in de afgelegen gebieden en op het platteland die de taal nog spreken. Door de massale immigratie van Russen zijn er nog slechts 80.000 mensen die het Karelisch spreken. Ter vergelijking: er zijn 350.000 Drenthen die dagelijks dialect spreken. In het Fins deel van Karelië is de taal vrijwel geheel verdwenen.

In 1948 komt er een verdrag van Vriendschap tussen Finland en Rusland. Beide landen zullen elkaar steunen als één van twee in gevaar komt. Tijdens de Koude Oorlog hoort Finland niet bij communistisch Oost-Europa, maar kan zich ook niet openlijk aansluiten bij het Westen. Dit komt doordat Finland in de oorlog de kant van de Duitsers heeft gekozen. Finland probeert het verdrag met Rusland zo uit te leggen dat het zich afzijdig kan houden van het conflict tussen Amerika en Rusland. De invloed van Rusland op Finland blijft groot. Daardoor sluit Finland zich niet aan bij de EEG in 1957. Dat gebeurt pas in 1995 na de val van het IJzeren Gordijn. Sindsdien is ook de interesse in de Kareliaanse taal en cultuur aan een opmars bezig. De grenzen zijn open en de Finnen struinen Karelië af naar overblijfselen van hun eigen kraamkamer. Er is zelfs wederom een discussie over of Karelië weer tot Finland moet gaan behoren.


Het grondgebied van Karelië door de eeuwen heen.


3 Culturele geschiedschrijving

Karelië heeft inderdaad een belangrijke plaats in de Finse culturele geschiedenis. De Kareliaanse taal bestaat in feite uit drie oude Finse dialecten. De Fin Elias Lönnrot verzamelt vanaf 1823 oude volksverhalen en rune-gezangen in Karelië en publiceert deze in 1835 onder de naam de Kalevala . De Kalevala en talloze andere volksverhalen en gedichten vinden hun oorsprong in de noordelijke delen van Fins- en Russisch-Karelië. Aan het eind van de 19 e eeuw en het begin van de 20 ste is dit de grootste inspiratiebron voor Finlands belangrijkste kunstenaars, componisten, schrijvers en de geschoolde klasse. De Kalevala speelt een belangrijke rol in het nationaal bewustzijn en de ontwikkeling van de Finse nationale identiteit. Maar ook economisch is Karelië voor Finland belangrijk. Zo ontwikkelt de havenstad Viipuri in de 19 e eeuw zich tot een belangrijk centrum voor onderwijs, cultuur en kunst. Karelië maakt de publieke opinie in Finland rijp voor een onafhankelijk Groot-Finland, inclusief Karelië. Zover zal het echter niet komen.

Behalve de Kalevala hebben de Finnen nog een epos: de Fänrik Stål Säger van Runeberg. Dit epos is oorspronkelijk in het Zweeds geschreven vanuit romantisch-idealiserende ideeën. Het bezingt de slag van de Zweden en Finnen tegen de Russen in 1808/1809. Ze verliezen weliswaar, maar het verhaal gaat vooral om de karakterschetsen. Daarbij zijn over het algemeen de Zweedstaligen moedige generaals en de Finstaligen domme soldaten. Het is daarmee dus geen neutrale geschiedschrijving maar een geromantiseerd en deels verzonnen verhaal. Het verhaal is echter veel tastbaarder en veel beter voor te stellen dan de mythische Kalevala . Deze geschiedenis speelt slechts een kleine veertig jaar voor de publicatie van het boek in 1848. Dat is een jaar voor de nieuwe Kalevala verschijnt. Het spreekt voor zich dat de Zweedstalige Finnen zich vooral identificeren met de beschrijvingen in de Fänrik Stål Säger. Maar ook Finstaligen zien het als belangrijk Fins erfgoed. Dit boek wordt vlak voor de eeuwwisseling de inzet van het taalconflict dat al langer smeulde.


4 Zweedstaligen en Finstaligen

In het overzicht van de geschiedenis komt de tegenstelling Zweedstalige en Finstalige Finnen al ter sprake. Ik wil daar nu iets uitlichten, om duidelijker aan te geven hoe nationalisten toentertijd kunst op een bewuste manier gebruikten, om het nationalisme te stimuleren. Maar ook hoe zij die gewenste beeldvorming een handje hielpen.

In 1894, midden in de romantisch-nationalistische periode komt de Zweedstalige activist Jac Ahrenberg op het idee om de beroemde kunstenaar Edelfelt te vragen de Fänrik Stål Säger van Runeberg te illustreren. Hiermee wil Ahrenberg de concurrentie aangaan met de even beroemde schilder Akseli Gallén-Kallela. Gallén is erg georiënteerd op de Kalevala en weet met groot succes de mystieke volkspoëzie te verbeelden op zijn schilderijen. Het zal slechts een kwestie van tijd zijn dat deze kunstenaar de hele Kalevala gaat illustreren. Ahrenberg wil hem voor zijn. Vooral de Zweedstaligen dwepen met de Fänrik Stål Säger. Ahrenberg wil dat Edelfelt met zijn illustraties het beeld van de moedige Zweedstaligen en domme Finstaligen nog meer aanzet. En zo gebeurt het ook.

Het gaat Ahrenberg om de positie van de Zweedstaligen versus Finstaligen. Runeberg versus Lönnrot, Fänrik Stål Säger versus Kalevala en Edelfelt versus Gallén. We hebben hier niet zozeer te maken met het 'uitvinden' van een nieuwe traditie. Wel met een politiek-culturele elite die bewust invloed uitoefent op elementen in de geschiedenis die dienst kunnen doen in het nationalistische proces van natievorming.

Niet dat beide kunstenaars Edelfelt en Gallén deze problemen met elkaar hebben; helemaal niet. Ze werken vaak samen, bijvoorbeeld voor de wereldtentoonstelling in Parijs. Ze representeren wel twee tegengestelde bewegingen. Edelfelt vertegenwoordigt de Zweedstalige culturele aristocratie, die conservatisme nastreefden door een restauratie van het verleden. Gallén vertegenwoordigde de opkomende Finse cultuur en verlangens van de Finstalige bevolking naar een onafhankelijk Finland. Gallén stond voor progressieve krachten (maatschappelijke vernieuwing, neo-romantiek, symbolisme)

Deze twee uitersten in kunst en misschien ook wel in politieke ideologie hadden in feite dezelfde doelstelling. Ze wilden met hun kunst de identiteit van de eigen bevolkingsgroep versterken door glans te geven aan de eigen geschiedenis. Daarmee is hun manier van illustreren in feite ook een herdichting van het verleden.


5 De Kalevala

De Fin Elias Lönnrot (1802-1884) is een leeswonder. Hij groeit op in een Fins gezin met de Finse taal en leert het Zweeds pas op school. Er zijn dan immers nog geen Finse scholen. Met hulp van de plaatselijke dorpsdominee van Sammatti mag hij in 1822 naar de universiteit van Turku. Daar komt hij in de kleine kring van nationaal denkende docenten en studenten. Die zijn bezig de positie van de eigen landstaal het Fins te verbeteren. In het kader van zijn studie begint Elias op 21-jarige leeftijd tochten door Karelië te maken, waarbij hij mondeling overgeleverde volkspoëzie en Finse mythologie verzamelt. Vooral in Archangelsk Karelië, vlak over de Russische grens, zingt de bevolking deze oude liederen nog. Die behoren tot een ruim tweeduizend jaar oude cultuur van de stammen rondom de Oostzee die Fins of daaraan verwante talen spreken. Elias Lönnrot gaat ook in andere streken volkspoëzie verzamelen en spreekt bijvoorbeeld met zingende marskramers, zieners en andere kenners van oude epische gedichten en bezweringen. Al met al verzamelt hij de eerste 6000 versregels. Later zullen er nog duizenden volgen. Belangrijk in de Kalevala zijn mythologische figuren Lemminkäinen en Väinämöinen, en Liederen voor bruiloftgangers.

Van een oude ziener Vaassila Kieleväinen leert Lönnrot dat alle losse gedichten en liederen een samenhang vormen met verschillende thema's. Deze geeft hem aanwijzingen voor de samenvoeging van de poëzie. Lönnrot vergelijkt zijn missie toen al met het opzetten van een nieuwe Kareliaanse Ilias en Odyssee van Homerus. Ook dit werk ziet men toentertijd als een samenstelling van losse gedichten.

De volkspoëzie ontstaat in verschillende perioden vanaf ongeveer 2500 tot 3000 jaar geleden. Het oudste deel van de verzen gaat over het ontstaan van de wereld en de menselijke cultuur. De verzen vertellen over de reizen en avonturen van een sjamaan, een geestelijk leider en vaak een groot zanger. Reizen naar het dodenrijk of verre gebiedsdelen waar hij op zoek gaat naar een bruid of op de vlucht is. Verder zijn het verhalen en liederen van grote feesten en andere uitingen van volksgevoelens. Na de reformatie verbiedt de Lutherse kerk de liederen als zijnde heidens. Ze verdwijnen langzaam tot Lönnrot ze verzamelt. De enige plaats waar nu nog op deze oude manier gezongen wordt is Archalelsk Karelië.

De publicatie van deze volkspoëzie in 1835 onder de naam Kalevala , baart zowel in het grootvorstendom Finland als in het buitenland groot opzien. De Kalevala wordt het nationale epos der Finnen. De oude gezangen in het Kalevala-metrum klinken in westerse oren heel bijzonder. Het heeft wel wat weg van het beroemde Le Mystère des Voix Bulgares . Het valt moeilijk te omschrijven zonder in muziektechnische termen te vervallen. De Kalevala geeft de Finnen zelfvertrouwen en laat hen de mogelijkheden van een eigen taal en cultuur zien. Lönnrot gaat door met verzamelen en brengt in 1849 een nieuwe versie uit. Hij maakt van losse legendes en verhalen één groot verhaal, de nieuwe Kalevala . Deze Kalevala is, minder dan de eerste, een letterlijke weerslag van wat hij de dichter-zangers heeft horen zingen. Elias Lönnrot is zelf creatief als dichter van bezweringen, ordent de verhalen en voegt ook nieuwe verhalen toe. Hij voelt zich even goed kunstenaar als de dichter-zangers waar hij de kunst van heeft geleerd. Toch is slechts 3% van zijn hand, de rest van de Kalevala is authentiek. Dit tweede werk is het meest belangrijke en het meest gelezen. De Kalevala is één van de meest volkseigen epossen ter wereld.

De Kalevala is inderdaad een Ilias en Odyssee- achtig verhaal rondom de helden Väinämöinen, Lemminkäinen en Ilmarinen. Ze bezitten bovenmenselijke krachten en hun avonturen spelen zich af in zowel de waterrijke menselijke wereld als in de mystieke wereld van het dieren-, goden- en dodenrijk. Water en vuur, licht en donker, en goed en kwaad zijn de thema's. De Kalevala begint met de geboorte van Väinämöinen uit een watermoeder en met de voltooiing van de schepping. Het verhaal is een zoektocht naar geliefden en gevechten met concurrenten. De kracht van hun gezangen kan geliefden aantrekken en vijanden verdrijven. Het eindigt met de kroning van de eerste koning van Karelië.

De Kalevala behoort tot de wereldliteratuur die een bijdrage levert aan de nationale onafhankelijkheid en het culturele bewustzijn der Finnen. Er zijn 51 vertalingen van bekend en daarmee is het, het meest vertaalde Finse werk. De eerste vertaling van de oude Kalevala verschijnt in het Zweeds in 1841. De eerste vertaling van de nieuwe Kalevala in het Duits in 1852.

Nadat het Fins in 1843 een schoolvak wordt en het epos een belangrijke functie in het onderwijs vervult, maakt Elias Lönnrot zelf een schoolversie van de Kalevala. De kunstenaar Akseli Gallén-Kallela maakt er in 1922 de meest geslaagde en gewaardeerde illustraties. Tientallen uitgaven voor met name kinderen volgen. De laatste in 1992 door Mauri Kunnas die zich bij zijn illustraties wederom laat inspireren door Akseli Gallén-Kallela.


6 Het Karelianisme en de nationale romantiek

De Kalevala veroorzaakt een romantische belangstelling voor de oudheid, die haar hoogtepunt beleeft rond 1890. De belangstelling voor de Kalevala en Karelië, heet het Karelianisme. In navolging van Elias Lönnrot, trekken, in de tweede heft van de 19 e eeuw, andere gedichtenverzamelaars en volkenkundigen door Karelië. Ze doen steeds weer nieuwe ontdekkingen en publiceren hun vondsten. Dit doet de waardering voor de Kalevala alleen maar groeien. Kunstenaars trekken naar Karelië als is het een bedevaartsoord. De nuancering dat de nieuwe Kalevala door Lönnrot geconstrueerd is, verdwijnt.

Critici beschouwen deze ophemeling van de Kalevala en Karelië later vaak als een vlucht uit de eigen tijd met de term berkenschorscultuur. Tegen het einde van de 19 e eeuw is het een grote inspiratiebron voor kunstenaars. Dat leidt zelfs tot wat De Gouden Eeuw van de Finse Kunst is gaan heten. De Finse nationale romantiek is een zoektocht naar de oorspronkelijke mens en het oorspronkelijke landschap. De dichter Eino Leino, de componist Jean Sibelius, de kunstschilder Akseli Gallén-Kallela, de beeldhouwer Emil Wikström en de architect Eliel Saarinen zijn de belangrijkste vertegenwoordigers. Het hoogtepunt van deze nationale romantiek is het inrichten van het Fins paviljoen op de wereldtentoonstelling in Parijs in 1900. Eliel Saarinen ontwerpt het en Akseli Gallén-Kallela maakt de fresco's, geïnspireerd op de Kalevala .

Van deze oud nationalistische kunstenaars wil ik Jean Sibelius en Axel Gallén wat uitgebreider beschrijven.

The Symposium circle (1894) met rechts Sibelius, schilderij van Akseli Gallén-Kallela

Jean Sibelius


7 Jean Sibelius 1865-1957

Johan Julius Christiaan (Jean) Sibelius ziet het daglicht in 1865 in Hämeenlinna, honderd kilometer boven Helsinki, in een middenklasse gezin. Zijn vader sterft als Jean twee jaar is. Het gezin trekt bij gootmoeder in en is erg muzikaal. Als vijfjarige leert hij zichzelf al pingelend pianospelen. Hij is een natuurtalent. Op zijn tiende componeert Sibelius zijn eerste werk voor viool en cello. Vanaf zijn negende krijgt hij pianoles en vanaf zijn vijftiende vioolles. De viool betovert hem. Sibelius vormt al snel met zusje (piano) en broer (cello) een pianotrio dat klassieke en romantische muziek speelt. Al snel bestaat hun repertoire uit eigen composities van Sibelius.

Finland is dan nog onder Russische heerschappij en Zweeds is de officiële taal. Jean Sibelius komt uit een Zweedstalig gezin, maar gaat naar een Finstalige school. Zodoende komt hij als elfjarige in contact met de Finse cultuurgeschiedenis. Hij gaat vanaf dat moment helemaal op in de literatuur van zijn land. Vooral de Kalevala maakt indruk op hem. Hij blijft ook in de periode waarin hij meer als een wereldburger leeft, houden van de velden, bossen en meren van Finland en het noorden. In 1885 gaat hij rechten studeren in Helsinki. Tegelijkertijd gaat hij naar het conservatorium. Al gauw blijft zijn passie voor de muziek als enige studie over. Hij schrijft nu zijn eerste meesterwerk dat in 1889 voor het eerst uitgevoerd wordt. Hij droomt van een carrière als violist maar zal als componist en dirigent de wereld veroveren. In datzelfde jaar 1889 gaat hij voor verdere studie naar Berlijn en Wenen. Hij componeert de beroemde Kullervo voor solist, koor en orkest en is zelf dirigent als het in 1892 voor het eerst in Helsinki uitgevoerd wordt. Het stuk is geïnspireerd op de boskoning Tapio uit de Kalevala .

Sibelius maakt in deze tijd deel uit van een groep nationalistisch romantische kunstenaars die zich de Symposium-cirkel noemen. De groep bediscussieert haar ideeën veelvuldig in de kroeg en Sibelius toont zich een stevige drinker en feestbeest. In 1892 trouwt Sibelius met kunstenares Aino Järnefelt die tot het einde van zijn leven bij hem blijft.

In 1893 komt de Karelia-suite uit. Sibelius componeert niet alleen muziek hij schrijft ook liederen. Hij houdt erg van de schrijver Runeberg en van de Fänrik Stål Säger. Sibelius omarmt daarmee zowel het Zweedstalige als Finstalige epos. Daaruit blijkt dat die strijd voor hem minder belangrijk is, hetgeen kenmerkend is voor de hogere idealen van het oude nationalisme. In 1895 verschijnt zijn nationalistisch-romantische Lemminkaïnen-suite , gebaseerd op een ander mythische figuur uit de Kalevala .

In 1899 schrijft hij in reactie op de toenemende Russische onderdrukking het lied Aténarnes (Oorlogslied). Door dit patriottisch commentaar is hij vanaf dat moment het boegbeeld van het nationalisme. Zijn muziek is sterk verbonden met de tradities van Finland. Als basis voor zijn klassieke werken dienen de oude Finse volksliederen. Zijn nationalistisch romantische muziek heeft elementen in zich als de harde strijd om het bestaan, de mythologie, de heldendom, de natuur en het oude landschap, de lange koude Finse winter met haar donkere nachten en de warmte van de lente. Het gebeurt regelmatig dat de Russen de uitvoering van een werk verbieden vanwege de populariteit van de boodschap die ervan uitgaat. Toch is lang niet al zijn werk een exponent van het Finse nationalisme. Het is echter wel altijd typisch Fins.

In 1900 komt op het hoogtepunt van de Russificatie de suite Finlandia uit. Een opzwepend patriottisch werk. Wederom verbieden de Russen dit vanwege de politieke lading. Toch vormt dit, samen met zijn andere nationalistische werk, het hoogtepunt tijdens een concert in het Fins paviljoen tijdens de wereldtentoonstelling in Parijs 1900. De melodie van Finlandia is de melodie van het latere Finse volkslied geworden.

Na de eeuwwisseling richt Sibelius zich steeds meer op het buitenland, vooral op Italië, Engeland en Duitsland. Orkesten tot in Amerika spelen dan al zijn werk. Het duurt echter heel lang voordat Sibelius er doorbreekt. Zijn werk is internationaal vaak als 'provinciaals' betiteld. In 1904 trekt Sibelius zich steeds meer terug in zijn huis Villa Ainola, in een stille omgeving 40 km ten noorden van Helsinki. Vanaf nu ontwikkelt Sibelius' stijl zich steeds verder weg van de nationaal romantische muziekstijl.

In 1908 constateert de dokter een tumor bij hem in de keel. Sibelius wordt eraan geopereerd en laat vervolgens de alcohol en sigaren acht jaar staan. Ook in zijn werk is te zien dat Sibelius aangeslagen is door deze gebeurtenis. Hij componeert nu meer introverte werken. In 1914 steekt Sibelius voor het eerst de oceaan over om zijn stukken zelf in Amerika te dirigeren Het levert hem bovendien een eredoctoraat op. Als Sibelius 50 wordt, is dat aanleiding tot nationale feestelijkheden.

Gedurende de burgeroorlog in 1918 vlucht Sibelius naar Helsinki om zich daar schuil te houden. Na de oorlog gaat hij terug naar zijn huis en hervat zijn buitenlandse reizen. In 1926 stopt Sibelius als dirigent. Hij is dan wereldberoemd en een nationale held. In 1935 toont hij zich voor het laatst in het openbaar bij een uitvoering ter gelegenheid van zijn 75 ste verjaardag. Na 1938 componeert hij niet meer. Sibelius sterft in 1957 op 91 jarige leeftijd.


8 Akseli Gallén-Kallela - Axel Gallén 1865 -1931

Axel Gallén is de Gauguin van Finland. Hij wordt geboren op 26 januari 1865 in Pori (Björneborg). Hij gaat op zijn elfde met zijn familie naar Helsinki. Hij bezoekt daar een Zweedstalige middelbare school en gaat 's avonds naar de tekenschool van de Finse kunstacademie. Daar studeert hij van 1881 tot 1884. In 1880 maakt hij zijn debuut in de Finse kunstwereld met het schilderij Kullervo . Kullervo is een controversieel en wild karakter uit de Kalevala . Gallén schildert hem als de anarchist die het onrecht niet langer verdragen kan. Gallén behoort, vanaf dan tot na de eeuwwisseling, tot de stijl van het realisme en schildert naast thema's uit de Kalevala , vooral de 'gewone' mensen. Zijn critici beschrijven hem als zijnde Kullervo in eigen persoon. In 1884 gaat hij naar Parijs om aan de académie Julian verder te studeren. Hij schildert beelden uit het Parijse leven, maar geleidelijk maakt hij meer en meer schilderijen met als thema de Finse natuur. Hij is gefascineerd door de Kalevala en droomt ervan haar legendes in schilderijen uit te beelden.

Na zijn terugkeer in Finland in 1889 brengt hij deze droom in praktijk. Ook maakt hij veel landschapsschilderijen. Daarin kondigt zich al zijn nationaal-romantische periode aan. In 1890 trouwt hij Mary Slöör. Ze maken een huwelijksreis naar Oost-Finland en Karelië. Hier verzamelt Gallén materiaal voor zijn Kalevala -schilderijen. Begin jaren 90 woont hij met zijn vrouw en kinderen in een eigen ontworpen huis met atelier in Kalela. Het Ainodrieluik dat hij in 1891 vervaardigt, toont dat Gallén nog sterk onder invloed staat van de naturalistische valeurschilderkunst. Maar in het schilderij De Verdediging Van De Sampo uit 1897, heeft hij zijn eigen expressieve, decoratieve, monumentale stijl gevonden. Het schilderij De Moeder Van Lemminkäinen uit 1897 doet sterk aan symbolisme denken. Hij is een van de drijvende krachten in het culturele leven en schildert zijn drinkebroeders van de Symposium cirkel, waar hij deel van uit maakt.( Symposium 1894)

Tegelijkertijd is Gallén een wereldburger. Hij heeft sinds zijn studie in Parijs contacten met verschillende internationale kunstenaars. Hij exposeert in steden als Berlijn en kan August Strindberg, Gustav Mahler en Maxim Gorky tot zijn vrienden rekenen. Rond de eeuwwisseling manifesteert Gallén zich steeds meer als een schilder wiens werk als verzet tegen de Russische overheersing gezien moet worden. Hij speelt een belangrijke rol in het ontwikkelen van een Finse identiteit onder de gewone mensen. Hij verbeeldt de vitaliteit van de Finse cultuur en het recht op onafhankelijkheid. Een van de hoogtepunten uit zijn carrière is het aanbrengen van fresco's op de plafonds van het Fins paviljoen op de Wereldtentoonstelling in Parijs. Daarin verbeeldt hij wederom thema's uit de Kalevala . Het Fins paviljoen op de wereldtentoonstelling is waarschijnlijk een van de grootste kruistochten voor de Finse cultuur geweest. Ook andere nationalistisch romantische kunstenaars zijn erbij betrokken. Werk van zijn makker Sibelius is er te horen en het ontwerp van het paviljoen is van Emil Wikström.

In 1907 verandert hij zijn naam van Axel Gallén in het Kaleriaanse aandoende Akseli Gallén-Kallela. Gallén gaat reizen maken en in het buitenland exposeren. Eerst binnen Europa en later ook naar Afrika. In 1918 ontwerpt hij de vlag van onafhankelijk Finland en vele militaire decoraties en uniformen. Gallén gaat zich richten op het expressionisme. Hij maakt zo'n 150 expressionistische schilderijen. In de twintiger jaren leeft Gallén in Chicago, en Nieuw- Mexico. In Amerika keert hij terug naar het realisme van zijn jeugd en maakt hij de beroemde illustraties voor de Kalevala . Gallén overlijdt op 7 maart 1931 aan een longontsteking in Stockholm.

Akseli Gallén-Kallela


9 Conclusies

De ontwikkeling van het nationalisme in de aanloop van de oprichting van de staat Finland is erg ingewikkeld en boeiend. Uit het overzicht van de geschiedenis kunnen we drie grote invloeden op dit nationalisme aanwijzen, in de halve eeuw voordat Finland in 1917 een onafhankelijke staat wordt. Ten eerste is dat de grote twist tussen de Zweedstalige en de Finstalige Finnen (1890-1900). Ten tweede de toenemende inperking en onderdrukking van de Finse cultuur door de Russen(1890-1917). En ten derde de democratiserende industrialisatie en de daarmee opkomende internationaal georiënteerde socialistische beweging (1900-1918). Deze socialistische ideologie strookt niet met die der nationalisten. Sterker nog het nationalisme is de natuurlijke tegenbeweging van de socialisten.

Omdat deze drie factoren zo helder zijn, is het aardig ze naast de theorie van Gellner te leggen. Ik wil echter niet te diep ingaan op de Russificatie en de industrialisatie. Mijn werkstuk gaat vooral over de invloed van het cultuurgoed op het ontwikkelen van nationalisme. Ik stuit in een artikel naar aanleiding van een boek van kunsthistoricus Lukkarinen, vertaald door Adriaan van der Hoeven, ook nog op een theorie van Hayden White die op Gellner aansluit.

De Finnen zijn het er in de dertig jaar voor de onafhankelijkheid wel over eens wat ze niet willen. Door de Russificatie is hun gemeenschappelijke vijand duidelijk. Ze verschillen van mening over hoe het anders moet. Zeker als we het hebben over het jaar 1917, wanneer de Finse staat onafhankelijk wordt en de bloedige onrusten die er in 1918 op volgen.

Ernest Gellner zegt dat het tijdperk van de overgang naar industrialisatie ook het tijdperk van het nationalisme moet zijn. Nationalisme hangt samen met economische modernisering: de opkomst van de industrialisatie. Die industrialisatie doorbreekt de regionale markt en er ontstaat een nationale markt/economie. Nationaal opererende handelaren en kooplieden profiteren hiervan en streven naar eenheid in munt, wetgeving, justitie en taal. De elite van een land; leraren, journalisten en ambtenaren propaganderen een eenheidscultuur. De nationalistische ideologie van deze intelligentsia verbreedt vervolgens tot een volksbeweging.

Gellner beschrijft zijn visie op de evolutie van nationalisme in zijn verzonnen land Ruritanië. Kijken we naar Karelië en Finland dan zien we dat vooral de beschrijving van de karakteristieken van het land en de bevolking van Ruritanië bijna volledig van toepassing is. We zien in Karelië dezelfde bewoners, een boerenbevolking; dezelfde taalkarakteristieken: het Karelisch, zijnde een serie aan het Fins verwante dialecten. Ook het verschil tussen deze taal van het volk en die van de elite, de kerk en de machthebbers komt overeen. Mooi is ook dat hij in Ruritanië de 'klaagzangen' beschrijft die door een 'onderwijzer' verzameld zijn. Zonder veel fantasie zien we hierin de Kalevala van Elias Lönnrot en de Fänrik Stål Säger van Runeberg. Zelfs de componist Sibelius komt langs, die weliswaar niet de oude gezangen zelf zong, maar wel via zijn daarop geïnspireerde muziek de Kalevala wereldberoemd maakt. De 'sociale bandiet' is het meest herkenbaar in de Fänrik Stål Säger, waar generaal Von Döbeln opstaat van zijn sterfbed om voor volk en vaderland verder te vechten. De bevolkingsexplosie moeten we vooral zoeken in de herbevolking van het gebied met Russen uit alle windstreken om de industrialisatie vorm te geven. De nationalistische elite en intellectuelen zijn overduidelijk aanwezig in de kunstenaars.

In het verdere verhaal over Ruritanie zijn voor mij de verschillen groter dan de overeenkomsten. Oorzaak daarvan is ongetwijfeld de enorme complexe situatie in Finland en Karelië met de drie eerder genoemde factoren die juist hier spelen en nergens anders zo op elkaar ingrijpen.

Aansluitend op Gellner beschrijft Caljé dat de nationalistische kenmerken van deze tijd twee vormen heeft. Als eerste noemt hij het verheerlijken van de eigen natie ten opzichte van andere landen. Daarbij benadrukt het nationalisme de eenheid meer dan de verscheidenheid in het land. Chauvinisme en conservatisme zijn uitingen van dit nationalisme. Dit noemt Caljé het nieuwe nationalisme. Als tweede punt noemt hij het afzetten tegen het individualisme dat het liberalisme benadrukt. Dit is een vorm van het romantische liberale nationalisme van de 19 e eeuw. Dat is gericht op de vorming van de nationale eenheidsstaat, gelijkheid voor de wet en nobele liefde voor het volk. De ideoloog van dit oude nationalisme, de Italiaan Giuseppe Mazzini, denkt dat hieruit een internationale harmonie tussen volkeren zal ontstaan, waarbij de eigenheid van ieder volk een bijdrage levert aan het geheel der mensheid. Dit oude nationalisme is kosmopolitisch en progressief.

In Finland begint de industrialisatie rond 1860: zaagmolens en papierfabrieken doen hun intrede. Dan krijgt Finland ook haar eigen munt en is Fins erkent als officiële taal. Volgens Gellner het begin van het nationalisme. Dat is ook zo maar dan wel in de vorm van het oude nationalisme van Mazzini. Het duurt nog dertig jaar voordat de nationalistische beweging groter en belangrijker wordt. De onderdrukken van de Russen is daarbij belangrijk. In Finland zien we de verbreding vooral in de eerste twintig jaar van de twintigste eeuw als de socialisten opkomen en de nationalisten een sterke tegenbeweging vormen.

Het zijn deze aanhangers van het nieuwe nationalisme geweest die in 1917 de Staat Finland uitroepen. Zij (de Witten) vechten in 1918 verbeten tegen de socialisten (de Roden) in de burgeroorlog. Ik heb er niet echt veel over teruggevonden in mijn literatuur, maar het zal mij niet verbazen als hier ook veel Zweedstalige Finnen met hun dubieuze rassenleer bij zitten. De onafhankelijkheid wordt immers met steun van Zweden uitgeroepen. Deze rechtse nationalistische beweging is sterk in Finland en neigt in de loop der tijd tot het door Caljé genoemde antisemitisme. Het ontwikkelt zich zelfs tot een fascistoïde beweging, die tot het einde van de Tweede Wereld Oorlog veel steun heeft. Dat zien we niet alleen in de wat benauwde keuze voor fascistisch Duitsland om de oude vijand Rusland in 1941 weer uit Finland te verdrijven. In 1932 probeert generaal Wallenius van de fascistoïde Lappobeweging een staatsgreep te plegen. Dat mislukte en zijn beweging wordt verboden, maar toch. De Lappobeweging komt voort uit de bloedige revolutie van 1918 en laat zich ernstig gelden in 1929 en 1930 als reactie op stakingen.

Ik wil echter terug gaan naar de laatste tien jaar van de 19 e eeuw. De kunstenaars roeren zich en kiezen ervoor om, uit verzet tegen de toenemende onderdrukking van Rusland, de Finse beweging te steunen. Zij laten zich daarbij inspireren door de Kalevala. We herkennen in deze beweging veel kenmerken van het oude nationalisme. We zien dan ook dat deze kunstenaars weinig ophebben met die rechtse nationalisten, al zijn ze wel blij met een onafhankelijk Finland.

Ook de theorie van E.J. Hobsbawm kunnen we prachtig op Finland toepassen. Die theorie zegt dat er in de jaren 1880-1890 sprake is van de invention of tradition . Historici en de elite construeren tradities. Ze vinden tradities uit of manipuleren deze zelfs op last van hogerhand. Daarbij doet men net alsof de staat al heel lang bestaat en deze een hele rijke traditie heeft. Hayden White sluit bij deze theorie aan door te stellen dat bij geschiedschrijving elke poging tot een letterlijke weergave van feiten altijd een herdichting is. Historici hebben daarbij de neiging om de ogen te sluiten voor de mate waarin hun eigen constructies de oorspronkelijke werkelijkheid geweld aandoen.

Dit herkennen we in het conflict tussen de Zweedstaligen en de Finstaligen. En dan vooral de manier waarop de beide Finse epossen geschreven zijn en in de hoofden der nationalisten een eigen plek krijgen. Zowel Runeberg als Lönnrot construeren hun verhaal, waarbij vooral Runeberg de recente geschiedenis geweld aan doet. We kunnen haast aannemen dat dat bewust gebeurd is, omdat Runeberg nog mensen heeft kunnen spreken, die de gebeurtenissen van 1809 hebben meegemaakt. Er is geen onderscheid tussen geschiedenis en literatuur. Als we kijken naar de Kalevala dan heeft ook Lönnrot de waarheid een beetje geholpen. Hij ziet er geen kwaad in om de verzameling losse verhalen aan elkaar te rijgen en daar waar nodig zelf passages bij te schrijven. Toch doet hij dat uit artistiek oogpunt en niet vanuit nationalistische belangen of geschiedvervalsing. Lönnrot geef ik wat dat betreft het voordeel van de twijfel.

De illustraties die bij beide epossen gemaakt zijn door Edelfelt enerzijds en Gallén anderzijds, doen er nog een schepje bovenop. Edelfelt schildert de militaire uniformen uit 1809 gedetailleerd na en verbetert Runeberg zelfs af en toe. Ook zet hij de veronderstelde verschillen in ras tussen Zweedstaligen en Finstaligen extra aan. Gallén plaatst de Kalevala in de tijd: 800 -1000 na Christus. De enige reden is dat de Finnen zich er dan beter mee identificeren. Hij doet dat door gedetailleerd en historische verantwoord, kleding, huisraad, etc. weer te geven. Gallén vermengt de mytische wereld met realisme. Beide schilders herdichten de volkspoëzie andermaal.

Het resultaat is dat steeds meer mensen zowel de Fänrik Stål Säger als de Kalevala als een authentiek verhaal zien. De Zweedstaligen zien er in hun rassenleer in, die de verhoudingen tussen slimme en moedige Zweedstaligen en domme Finstaligen bevestigen moet. Voor hen berust de Fänrik Stål Säger op de werkelijkheid. Opmerkelijker is eigenlijk het feit dat ook de Kalevala steeds meer gezien is als authentiek. Hoe kunnen de Finnen nu afstammen van de mythische figuren en de goddelijke wereld van dit prachtige en oude sprookje? Daarmee nemen de Finnen nog meer een loopje met de realiteit dan Lönnrot een halve eeuw eerder. En ze geloven het echt. De Kalevala is een bewijs van de kracht van de eigen cultuur. De Finnen zien Karelië en haar bewoners als vertegenwoordigers van het leven in vroegere oertijden. De 19 e eeuwse Finnen denken directe banden te hebben met de geïsoleerde volksstammen uit de oude oertijd.

In dat laatste zit voor sommigen van hen misschien een kern van waarheid. Het geldt zeker niet voor de grote massa in de steden en de geïndustrialiseerde gebieden. Daar zijn in de loop der eeuwen zoveel Zweden, Russen en andere nationaliteiten gaan wonen, zodat er weinig authentieks meer is. Bovendien zagen we dat de bevolking door oorlogen en pest in het begin van de 18 e eeuw bijna verdwenen was. Maar aan de andere kant weten al die volkenkundigen in de 19 e eeuw toch 1.500.000 oude verzen van duizenden jaren oud te verzamelen in afgelegen delen van Karelië uit de monden van de bewoners. Die 80.000 Kareliërs die de taal nog spreken, de verhalen vertellen aan hun kinderen en een simpel boerenbestaan leiden, wil ik wel als authentiek beschouwen. Niet dat dat nou zo belangrijk is, maar het is gewoon een prachtig idee. Een romantisch idee. En daar ben ik na een leven vol volksmuziek toch wel mee besmet.


10 Nawoord

Het is af. Mijn zoektocht naar de oorsprong van de muziek van Hedningarna en Värttinä, en de inspiratiebron van Tolkien is voorlopig voorbij. Het was een hele operatie want ik vond veel meer dan ik ooit denken kon. De geschiedenis is steeds complexer naar mate je er dieper in duikt. Ik vond dit onderwerp echter zo boeiend dat het me geen moeite kostte om me erin vast te bijten. Het ontrafelen van de vele aspecten van deze geschiedenis van dit gebiedsdeel was een puzzel. Nergens vond ik dit verhaal op deze manier gecomponeerd en vanuit dit gezichtspunt bezien. Dat maakt dat ik best trots ben op mijn werk en blij dat ik met nog meer genot kan luisteren naar mijn volksmuziekvrienden én naar de nationalistische klassieke muziek van Sibelius. Want die heb ik natuurlijk al aangeschaft en vele malen beluisterd tijdens de uren schrijven aan dit werkstuk.

Smilde, 16 maart 2003

Stephan Kraan

The Curse of Kullervo.
Akseli Gallen-Kallela

 



home weblog curriculum vitae artikelen producten links contact